Bij operatie ‘Overlord’ in Normandië schoot Hitler in zijn eigen voet en Eisenhower nam hem stevig bij de neus met fatale gevolgen & verslag van ‘Het verloren US bataljon op heuvel 314’.

Voorspel: Operatie Fortitude

Operatie Bodygard werd ontworpen om de Duitsers te misleiden door hen zo lang mogelijk te laten afvragen, waar en wanneer de invasie zou plaatsvinden.

Met meerdere operaties, o.a. Zeppelin en Royal Flush, gelukte het de geallieerden de Duitsers op D-Day te laten wachten met het sturen van versterkingen naar Normandië. Met Operatie Fortitude beoogde men de vijand te doen geloven dat er twee landingsplaatsen zouden komen, namelijk in Noorwegen en bij Pas de Calais. Onder Fortitude North had men een gedeeltelijk fictieve British Fourth Army gecreëerd bij Edinburgh en in zuidoost Engeland Fortitude South met een grotendeels fictieve First US Army Group onder bevel van generaal Patton. Opblaasbare tanks, houten vliegtuigen en vervalste radioberichten zorgden voor de noodzakelijke misleidingen.

Inleiding:

Generaal Eisenhower was chief in command van de geallieerde strijdkrachten. Veldmaarschalk Montgomery had het bevel over het 2 Britse Leger en het 1 Amerikaanse leger. Vanaf 1 augustus arriveerde het 3e Amerikaanse leger van generaal Patton in Normandië en kreeg generaal Bradley het bevel over 12e Amerikaanse Legergroep met het 1e en 3e US leger, terwijl Monty het bevel kreeg over de 21e Legergroep met het 2e Britse leger en het 1e Canadese leger.

De Duitsers hadden in Frankrijk vier legers met 52 divisies opgesteld onder commando (OberKommandoWest) van fms Von Rundstedt. Hij werd afgelost op 7 juli door fms Von Kluge en op 18 augustus door Fms Model. Bovendien was er in het Noord-Frankrijk de Panzergruppe West’ c.q. 5e Pantserleger met vier, later zes pantserdivisies die onder bevel stond van Hitler.

In het zuiden de Heeresgruppe ‘G’ van gen Blaskowitz met het 1e en 19e Leger (incl. drie pantserdivisies) en in het noorden Heeresgruppe ‘B’ van fms Rommel met het 7e Leger in Normandië en Bretagne en bij Calais het 15e Leger (incl. drie pantserdivisies). Rommel werd op 18 juli vervangen door fsm Von Kluge en op 18 augustus door fms Model.

Tussen Hitler en zijn generaals was er een meningsverschil over de locaties van de pantserdivisies in Noord-Frankrijk. Rommel wilde ze dicht bij de kust houden vanwege o.a. vijandelijk luchtoverwicht. Het gebied bij Calais was voor Hitler dé plaats in een invasie en Normandië kwam op de tweede plaats. Maar Hitler en veel generaals beslisten om de pantserdivisies meer in het binnenland op te stellen om eerst de juiste locatie van de en vast te stellen en dan de marsorders te bevelen. De pantserdivisies konden alleen met Hitler’s toestemming verplaatst en ingezet worden. Dit bleek een fatale beslissing voor Rommel’s bevelvoering te zijn. Niemand durfde Hitler op 6 juni vroeg te wekken. Het 15e Leger bij Calais werd wel alarm gegeven maar marsbevelen bleven uit, slechts vier divisies kregen verplaatsingsorder na weken wachten. Bij het 7e Leger werden gevechtsactie opgestart maar Hitler, generaal Jodl van het OKW en de staf van het 7e Leger geloofden niet in een invasie, mede door de voorspellingen van barre weersomstandigheden, en meenden weken lang dat de invasie een afleidingsmanoeuvre was. Slechts één pantserdivisie (21 Panzerdivision–30 km) kon 6 juni ingezet worden en de volgende dag arriveerden na veel uren rijden slechts twee pantserdivisies (12 SS Panzer- Division-80 km en Panzerlehrdivision-150 km). Van het oostfront kwam op 27 juni in Normandië het II SS Panzerkorps aan met de 9 en 10 SS Pantserdivisies aan die in september bij Arnhem en Nijmegen vochten.

Normaliter zouden de Britten en Canadezen aan hun front een uitbraak plegen naar het oosten, maar Eisenhower had al in april het plan opgesteld dat na consolidatie op het invasiegebied de Duitse strijdkrachten, maar vooral de pantserdivisies, bij Caen gebonden moesten blijven om de uitbraak bij St Lo door de Amerikanen te verlichten. Daarna zou in een grootse tangbeweging de vijand omsingeld worden. Verscheidene weken konden de Duitsers met o.a. 700 tanks deze operatie ophouden. Maar op 3 juli opende het 8e US Legerkorps een offensief richting St Lo dat na hevige tegenstand pas op 18 juli veroverd kon worden.

Eerste uitbraak na consolidatie bij de landingsgebieden

Op 14 juni 1944 vond de eerste uitbrak plaats aan de rechterzijde van het Amerikaanse front. De 9e US infanterie divisie en de 82e Airborne Divisie rukten op naar Barneville aan de westkust van het schiereiland Cotentin. Barneville werd op 18 juni veroverd maar in de volgende nacht lukte het veel onderdelen van de 77e Duitse Infanterie Divisie, als versterking eerder verplaatst van St. Malo naar Cherbourg, door de Amerikaanse linie te infiltreren en zuidelijk van de corridor opnieuw ingezet werd nu bij het 84e Duitse Legerkorps.

De verovering van Cherbourg vond plaats tussen 24 en 28 juni waarbij drie Amerikaanse en drie Duitse divisies tegenover elkaar stonden. Na ondersteuning van scheepsgeschut, waarbij een kustbatterij meerdere slagschepen beschadigde werd de stad op 29 juni veroverd en capituleerde veldmaarschalk Von Schlieben, maar niet voordat hij had verzocht om vijf fosforgranaten af te vuren op zijn stellingen en daarmee aan de Duitse eer was voldaan. 30.000 man werden hierbij gevangen genomen.

Uitbraak bij St Lo c.q. Operatie ‘Cobra’

Met 0peratie Cobra wilden de Amerikanen een doorbraak forceren richting Avranches. De frontlijn liep vanaf 18 juli bij St Lo langs de weg naar Pérpiers en Lessay aan de westkust. Bradley plande de doorbraakcorridor nabij St Lo ten zuiden van de weg naar Pérpiers over een breedte van zes kilometer en met een diepte van twee kilometer. Tegenover zijn UGS (uitgangstellingen) bevond zich de Panzerlehrdivision. Deze corridor zou eerst met luchtbombardementen aangepakt worden en 1000 kanonnen om onder meer de Duitse luchtdoelartillerie te neutraliseren. Inmiddels ontstond dispuut hoe dicht de Amerikaanse troepen bij de weg zouden afwachten. Bradley wilde ze op circa 800 meter afstand hebben, maar de luchtmacht wilden een buffer van drie kilometer. Uiteindelijk werd het 1200 meter. Desondanks vielen er doden en gewonden bij de Amerikaanse aanvalstroepen. De luchtaanvallen begonnen op 24 juli met een B-17 formatie waarbij 27 Amerikanen omkwamen en 131 gewond raakten. Hierbij vlogen de vliegtuigen haaks op de linie en niet evenwijdig aan de weg waardoor, volgens de luchtmacht, de toestellen minder blootgesteld werden aan luchtdoelgeschut.

De volgende dag attaqueerden 550 jachtbommenwerpers de corridor, gevolgd door 1800 zware bommenwerpers B-17. Hierbij kwamen 111 Amerikanen om en waren er 490 gewonden. Bradley was woedend en Eisenhower verzekerde dat dit de laatste keer was dat strategische bommenwerpers tactische doelen konden aanvallen. De Panzerlehrdivision van gen Bayerlein was gehalveerd door de 16.000 ton bommen en artillerievuur! Fms Von Kluge bevol dat de frontlijn St Lo/Périers ten koste van alles verdedigd moest blijven en geen man zijn positie mocht verlaten. Bayerlein antwoordde: ‘Mijn soldaten houden stand en bevinden zich zwijgend in hun schuttersputten omdat ze dood zijn’.

Op 27 juli bereikte de 4e US Pantserdivisie de westkust bij Coutances en reed door een bres in de frontlijn 50 km verder zuidwaarts langs de kust om drie dagen later Avranches te bevrijdden. Tevens werd de belangrijke brug bij Pontaubault veilig gesteld tegen aanvallen van de 77e Infanterie Division.

De doorbraak was een feit. Patton joeg in 72 uur zeven divisies oftewel 100.000 man en 15.000 voertuigen over die ene brug richting Loire en Bretagne. Festung Brest capituleerde pas eind september. Het Amerikaanse 3e Leger, inclusief de 2e Franse Pantserdivisie, zwaaide om naar het oosten en bereikt Le Mans, voormalig hoofdkwartier van het 7e Leger, op 9 augustus.

Operatie ‘Luttich’ en heuvel 314

De Duitsers beseften dat de corridor bij Avranches en de Amerikaanse opmars naar het oosten zeer bedreigend was voor het 7e Leger en het 5e Pantserleger dat in de zomer geformeerd was uit de pantserdivisies in Frankrijk en België en van het oostfront. Op bevel van Hitler werd een tegenoffensief ‘Lüttich’* gestart laat in de avond van 6 augustus bij Mortain in de richting Avranches om met vier panzer- en twee panzergrenadierdivisionen de Amerikanen de pas af te snijden en te isoleren. In en om Mortain was de 30e US inf .Divisie op die dag net gearriveerd om de 1e divisie af te lossen. De 30e divisie kreeg van Bradley, die via Ultra op de hoogte was van de aanstaande aanval, versterking van artilleriebataljons. Het 120e regiment van deze divisie lag rondom en in Mortain en het tweede bataljon groef zich in op de heuvelrug 314 aan de oostzijde van de stad. Vanaf deze heuvel had men een uitstekend zicht op de drie naderingsroutes uit het oosten. Drie divisies (2e en 116e Pantserdivisie en 1e SS Pantserdivisie) rukten op langs de noordzijde van heuvel en twee divisies (2e Pantsergrenadierdivisie en 10e SS ’Frundsberg’ Pantserdivisie) via de zuidzijde terwijl de 17e SS Pantsergrenadierdivisie vanuit het noorden een deel van de heuvel bezette. Mortain was diezelfde nacht al in Duitse handen. Lkol Hardaway, commandant van het 2e Bataljon, zat gevangen in de stad en kap Erichson verving hem op de heuvel. Het omsingelde bataljon had een artilleriewaarnemer, luitenant Weiss, die perfect beschietingen kon aanvragen vanuit zijn alles overziende uitkijkpost.

Het aantal gewonden steeg en de munitie slonk. De 30e divisie probeerde met Piper Cups voorraden te droppen maar flak van verhinderde dit. De gevechten bleven op 8 augustus doorgaan ten westen van Mortain. Twee SSers met witte vlag eisten overgave maar zonder resultaat. Op 10 augustus werd het ‘Verloren Bataljon’ weer aangevallen. Helaas raakten de accu’s van de radio van de waarnemer leeg en was er grote behoefte aan verbandmiddelen en ook raakte het voedsel op. ’S middags dropten Dakota’s 71 kisten op heuvel 314 maar door de wind vielen er maar een paar in het Amerikaanse gebied. Het 230e veldartilleriebataljon schoot met leeggemaakte 105mm rookgranaten naar hen met daarin pakjes bloedplasma, morfine en verband maar dit was een fiasco. Op 11 augustus zetten de Amerikanen de tegenaanval in en de Duitsers begonnen terug te trekken. Ltn Weiss wist toen ook artillerievuur te coördineren op de terugtrekkende vijand. Op 12 augustus slaagde de 35e US divisie door de Duitse linie heen te breken en loste het 2e bataljon af. Ltn Weiss had 193 keer artilleriesteun aangevraagd. Van de 700 GI’s op de heuvel waren er 300 gesneuveld of gewond.

De geallieerde opmars en Duitse terugtocht naar de Duitse grens.

De Britse divisies opmars ging, te samen met Canadese en Poolse divisies, nu vanuit Caen richting Falaise en de Amerikanen ten zuiden hiervan de omsingeling voltooiden. Vandaar dat Hitler bij fms Von Kluge aandrong de opmars Avranches te hervatten maar nu met acht pantserdivisies. Maar op 12 augustus zag men in dat dit niet meer mogelijk was vanwege de opmars van Patton in het gebied van Falaise en zetten meer dan honderdduizend man, zijnde de restanten van 25 divisies van het 5e Pantserleger en 7e leger, hun strijd tegen omsingeling en vernietiging in. Op 16 augustus bevol Hitler de terugtocht achter de Seine. Fms Von Kluge was door de chaos enige tijd spoorloos en pleegde op 19 augustus zelfmoord waardoor Hitler hem verving door fms Model. De omsingeling bij Falaise resulteerde in 10.000 gewonden en doden aan Duitse zijde, 40.000 man werden gevangen genomen en 50.000 man ontsnapten richting Duitsland. Het werd uiteindelijk een chaotische terugtocht naar de Heimat. Bij Amiens werd generaal Eberbach, commandant van het 7e Duitse Leger, tijdens het ontbijt gevangen genomen door eenheden van de 11e Britse tankdivisie. Maar de geallieerden opmars stopten nog voor de Duitse grens vanwege benzine gebrek. Mede daardoor konden de zeven geallieerde legers (1 Cnd Army, 2 British Army, 1,3,7 en 9 US Army en 1 French Army) pas in het voorjaar 1945 Duitsland binnentrekken.

*’Lüttich’ was de codenaam voor de aanval bij Mortain omdat in de WW1 Luik de eerste stad was die de Duitsers veroverden.

Andere artikelen

Login ledengedeelte VOAWEB