Een jaar na de intrede van COVID-19 hebben we nog steeds te maken met de beperkingen die de pandemie met zich meebrengt. Voor een eenheid met voertuigen van ruim 55 ton zijn die beperkingen extra nadelig. Voorheen werd veelvuldig het buitenland opgezocht om te trainen. De oefengebieden aldaar zijn toegankelijk voor ons werk: er is voldoende manoeuvreruimte, de restricties voor het gebruik van het terrein zijn werkbaar en de infrastructurele voorzieningen zijn goed.
De verslechterende situatie rondom COVID-19 in januari resulteerde in een omzetting van SOMS 2021-1 naar een oefening in Nederland. Een bittere pil, want daar zouden wij met de batterij certificeren op niveau II (PzH) en niveau III (Peloton). Wat volgde was een intensieve periode van plannen en organiseren met diverse niveaus tegelijk. Het is opmerkelijk om te zien hoeveel werk verzet kon worden in een korte periode. De Afdelingsgeleide oefening werd omgezet in een oefenprogramma waarin de batterijen elk een eigen programma volgden.
De voor de Bravo batterij tot Longhorn Gust omgedoopte oefening bestond uit een week in Havelte gevolgd door twee weken in Marnewaard. In Havelte-Oost voerden we een carrousel met niveau II training uit, afgesloten met een niveau II certificering. Dit kleine, maar prima oefenterrein bood alles wat we nodig hadden op niveau II. Met de Johannes Post Kazerne om de hoek hadden we tevens de benodigde infra en ondersteuning binnen handbereik.

De twee opvolgende weken hebben we in Marnewaard getraind op pelotonsniveau. Er zijn onder meer twee uitgebreide, meerdaagse niveau IVa (batterij) scenario’s uitgevoerd, inclusief niveau III certificering. Het thema combat was hierin leidend; om de pelotons extra beslismomenten te geven is veel geïnvesteerd in het simuleren van de ‘Overige Actoren’. Naast de reguliere dreigingen waren er burgers, opstandige burgerpartijen en media. Die combinatie bleek van grote meerwaarde op de trainingen. Het zijn niet de thema’s waar het zogenaamde ‘groene gevecht’ om bekend staat, maar ze behoren desondanks wel tot de complexiteit van de omgeving waar we op voorbereid willen en moeten zijn.

Het afgelopen jaar zijn veel Nederlandse oefenterreinen verkend en gebruikt. Helaas zijn er slechts weinig terreinen waar wij goed uit de voeten kunnen. Voor het optreden van een peloton PzH is een groot bosperceel nodig met diverse wegen, aangrenzende open vlakten en bij voorkeur ruimte om de voertuigen in een hide weg te zetten. In Nederland bieden Havelte en Oirschot ruimte voor respectievelijk niveau II en niveau III training, terwijl zowel het ASK en Marnewaard de ruimte bieden om tot en met batterijniveau te trainen.
Marnewaard, wat doorgaans door de manoeuvre-eenheden wordt gebruikt, is een uitermate geschikt oefenterrein voor een PzH batterij gebleken. De voorzieningen van de Willem Lodewijk van Nassau kazerne zijn uitmuntend. De veelzijdigheid van het terrein (bossen, vlaktes, wegen, waterwegen, heuvels, bebouwing) maakt het trainen afwisselend en uitdagend. Daarnaast valt op dat bebossing en begroeiing in Marnewaard dusdanig afwijkt van de voor de Artillerie meer bekende oefenterreinen, dat het voor velen een interessante afwisseling opleverde. Een belangrijk nadeel om te noemen, is de beperkte gelegenheid tot het betrekken van hides. De relatief jonge begroeiing laat het niet toe om een PzH in een bos ‘weg te drukken’ zonder daar permanente schade aan toe te brengen. Wat daarnaast opvalt is dat men niet meer gewend is aan de grootte van de PzH; we hebben de afgelopen jaren dan ook vooral in het buitenland geoefend. Met het vertrek van de Leopard tanks is het frequente gebruik van oefengebieden met grote pantsers geminimaliseerd. Mede door de royale medewerking die we hebben ontvangen van de terreinbeheerders, zowel in Havelte als Marnewaard, hebben we van de oefening een groot succes kunnen maken, waarin de meeste oefendoelstellingen behaald zijn.
