Nadenken over de inzet van raket artillerie in de diepe operatie met meer dan twintig generaals en bijna alle NATO Rapid Deployable Corps is een mooie kans! Zie ook: European Rocket Artillery Summit – YouTube.
De US Army in Europe heeft het European HIMARS initiative opgezet. Dit is bedoeld om NAVO partners te steunen in het gereedstellen van HIMARS eenheden. Eén onderdeel hiervan is een European rocket artillery summit bedoeld voor senior leaders en staven van artillerie brigades. De andere vier onderdelen zijn specifieker gericht op het systeem HIMARS zelf en zijn bedoeld voor (onder)officieren die echt met het systeem (gaan) werken.
De European rocket artillery summit was een 2-daagse conferentie die vooral over de corps en divisie diepe operatie in large scale combat operations ging. De deelnemers vormden een uiteenlopende groep waaronder corps commandanten, hun stafofficieren, een plaatsvervangend commandant der strijdkrachten, diverse nationale senior vuursteun officieren en een aantal subject matter experts.
Men ging er de afgelopen jaren van uit dat de corps diepe operatie door de luchtmacht uitgevoerd zou worden. Dat inzicht is wel veranderd. De luchtmacht zal in de huidige vijandelijke omgeving zich namelijk veel langer bezig houden met strategische doelen en het aantal vliegtuigen neemt af. Raket artillerie zal dus ook ingezet moeten worden voor de corps diepe operatie. Interessant was de twijfel die een generaal uitsprak over de haalbaarheid van de diepe operatie: “waarom zijn we zo zeker dat we de doelen ook daadwerkelijk kunnen opsporen en bestrijden?” Onze UAS in de diepe operatie wordt namelijk aangegrepen door de vijandelijke luchtverdediging, daarnaast maakt de vijand gebruik van decoys. Hij zei dat de steun aan de nabij operatie mogelijk dus belangrijker is dan het vechten van de diepe operatie. Een Amerikaanse generaal reageerde daarop dat ons vertrouwen gebaseerd is op de enorme overvloed aan sensoren zoals we die de afgelopen jaren ervaren hebben. Al met al concludeerden de deelnemers dat je zeker moet proberen om de diepe operatie te vechten en je niet door de vijand moet laten dwingen om alleen de nabij operatie te steunen.
Om de diepe operatie goed uit te kunnen voeren zei een Amerikaanse divisie commandant dat hij 96 uur vooruit wil kijken: als hij besluiten moet nemen die minder dan 24 uur vooruit zijn, klopt zijn battle rhythm niet. Zijn current operations cell in de forward CP gebruikt geen powerpoint maar whiteboards. Opmerkelijk detail is dan ook dat alle wanden en plafonds daadwerkelijk uit whiteboard materiaal bestaan! Zo nodig maakt zijn staf een foto van een deel van het whiteboard en e-mailt deze naar de ondercommandanten. De commandant van een divisie combat aviation brigade vind dat hij simultaan moet mee plannen met de divisiestaf. Dit is vergelijkbaar met een afdeling veldartillerie en zijn hogere formatiestaf als deze de diepe operatie wil vechten.
Een interessant punt is dat de deelnemers verwachten dat de C2 relaties veelvuldig zullen wijzigen in large scale combat operations als gevolg van verliezen en het verleggen van zwaartepunten. Interoperabiliteit in C2 is dan natuurlijk wel een voorwaarde. Maar denk ook aan sensoren van een nationaliteit die waarnemen ten behoeve van een shooter van een andere nationaliteit. Een mogelijke oplossing hiervoor is de ontwikkeling van een Secure But Unclassified netwerk. Dit netwerk zal wel encrypted zijn maar niet dusdanig beveiligd zijn dat het boven UNCLASSIFIED kan. Voor het uitwisselen van tactische informatie hoeft dat geen probleem te zijn. Wanneer de US Army dit netwerk operationeel kan hebben, is niet duidelijk.

Ook de US Army vind dat ze een tekort aan sensoren heeft. De beperkte hoeveelheid sensoren moeten gebruikt worden voor het opbouwen van situational awareness, target acquisition en battle damage assessments. De deelnemers waren van mening dat we de afgelopen tijd veel te veel gefocust hebben op UAS. Ook de andere sensoren moeten we meer gebruiken voor doelopsporing. Opmerkelijk was de aandacht voor Open Source Intelligence als inlichtingenmiddel voor de diepe operatie: “Every civilian is a sensor”. De vraag is natuurlijk hoe je de informatie in de commandopost krijgt. Deze vraag is helaas niet beantwoord. Een Amerikaanse verkenningseenheid heeft ook weer grondgebonden verkenningsteams gecreëerd die ongeveer 40km diep moeten kunnen optreden: dit is namelijk de dracht van de M777. De commandant van deze verkenningseenheid denkt dat we niet alleen maar doelen kunnen bestrijden op basis van informatie op afstand, soms heb je fysiek ogen op het doel nodig.
Concluderend: er is aandacht voor de diepe operatie, waarin sensoren en raketartillerie op divisie- en corpsniveau een grote rol spelen. Zijn wij als Nederlandse artillerie op de goede weg zodat we onze sensoren in een contested environment in kunnen zetten en we kunnen werken onder steeds wisselende internationale C2 relaties?